Hoe kan het toch dat zij altijd haar snor drukt als er iets voor onze vader gedaan moet worden? Sinds haar moeder vorig jaar is overleden zorgen ze met zijn allen voor hun vader van 80 jaar die nu alleen is. Hoewel hun moeder altijd de spin in het huishouden was, redt hij zich nog prima met de dagelijkse dingen. Hij voelt zich wel erg alleen na een huwelijk van 55 jaar. Met 4 kinderen zou je zeggen dat de taken wel een beetje verdeeld kunnen worden maar één van de zussen is altijd afwezig. Geen tijd, druk met de kinderen en werk, moe, zo zijn er elke keer wel weer smoezen die ze bedenkt.
Haar oudste broer die het meest ver weg woont, doet eigenlijk nog het meeste voor hun vader terwijl hij altijd ver moet rijden. Zelf woont ze redelijk dichtbij dus ze kan vaak wel even na haar werk langs gaan voor een kop koffie of een boodschap. Maar haar jongste zus is pijnlijk afwezig terwijl ze op loopafstand van hun vader woont. Het lijkt wel alsof het de jongste zus niet interesseert hoe het met hun vader gaat. Het steekt haar en doet haar tegelijkertijd verdriet dat haar zus zich zo afzijdig houdt.
Gezin van herkomst
Terugkijkend op het gezin van herkomst van deze vrouw bekijken we hoe het vroeger ging in het gezin. De vier kinderen waren ieder heel verschillend. De oudste twee (broer en zus) zorgden vaak mee in het huishouden en namen hun verantwoordelijkheid voor wat ze moesten doen. Iedereen had zijn taak maar de oudste twee kinderen deden vaak meer dan alleen hun taak. De jongste was makkelijk en deed wat haar gevraagd werd niet meer dan dat. Er waren nog zoveel andere dingen te doen… De derde was altijd degene die liep te zuchten als zij haar taak moest doen. het was altijd teveel, te moeilijk of gewoon stom.
Patronen in het gezin van herkomst
Patronen die er ontstaan in het gezin van herkomst, kunnen zich voortzetten in de volwassenheid. Op het moment dat iedereen volwassen wordt en zijn eigen weg gaat en je elkaar niet meer dagelijks ziet, vallen die patronen niet meer zoveel op. Maar als je meer met elkaar te maken krijgt zoals in de zorg voor een ouder, dan kunnen deze patronen weer naar voren komen. En ook de irritaties komen daarmee (weer) naar voren. Het kan leiden tot flinke familieruzies, zeker in een periode na het overlijden van of de zorg voor (één van) de ouders. Niet zelden zie je dat kinderen daardoor uit elkaar groeien of elkaar niet meer willen zien.
Interessant is om te onderzoeken waarom het haar zo steekt dat de jongste zus zich niet met haar vader bemoeit. Wat roept dit bij haar op? Heeft het te maken met het eigen verantwoordelijkheidsgevoel? Of is het pijnlijk als je ziet dat je zus minder of niets doet voor je vader? Mag je eigenlijk wel verwachten van elkaar dat iedereen evenveel doet?
Het zijn allemaal vragen die ze zichzelf stelt. In het gesprek dat we erover hebben komt gaandeweg nog een facet naar boven waar zij nog niet aan gedacht heeft. De jongste zus heeft het erg moeilijk gehad met het overlijden van hun moeder. Automatisch is zij er, als oudere zus, vanuit gegaan dat haar jongste zus dan wel vaak naar hun vader zou gaan. Om samen herinneringen op te halen, om bij hem te zijn en samen troost te zoeken of om nog zoveel mogelijk in de vertrouwde omgeving van hun moeder te zijn. Dat is wat zijzelf in ieder geval heel fijn vindt en wat haar helpt op met het gemis van haar moeder om te gaan.
Ieder zijn manier
Maar dat hoeft natuurlijk niet zo te gelden voor haar jongste zus. Die vindt het misschien wel juist moeilijk om hun vader zo verdrietig en eenzaam te zien en kan dat moeilijk aanzien. Het is dan soms makkelijker om maar weg te blijven of alleen af en toe te bellen want dan wordt je er niet zo mee geconfronteerd. Het kan ook zijn dat ze het lastig vindt om haar eigen emoties en gevoelens te tonen over het gemis van haar moeder en daardoor liever wegblijft dan het op te zoeken.
Zo heeft ieder kind zijn eigen manier van omgaan met het gemis van een ouder. Het is fijn als je dit ook met elkaar kunt delen. Als de sfeer en het contact open is tussen kinderen kun je elkaar ook vertellen wat het met je doet dat de één minder zorgt voor de vader dan de ander. Je kunt elkaar bevragen hoe eenieder omgaat met het gemis. Zo kom je erachter dat iedereen er op zijn eigen mee omgaat en dat het overlijden van een ouder niet voor iedereen eenzelfde gemis is. De één stapt er makkelijker overheen dan de ander en de één gaat op een andere manier met de rouw om dan de ander.
Als je daar open over kunt zijn zonder elkaar verwachtingen op te leggen dan ontstaat ruimte voor gesprek en ruimte om te delen. Zo kun je vervolgens proberen rekening te houden met elkaar en elkaar tegemoet komen.
Emoties voorop
Het lastige is dat de emoties vaak voorop staan en de reactie bepalen. Dat kan tot gevolg hebben dat mensen elkaar zo in de haren vliegen dat ze elkaar niet meer willen zien. Zo was dat bij deze vrouw gelukkig niet. In eerste instantie zorgde het niet handelen van de jongste zus voor grote irritaties bij de overige kinderen. Pas toen de grootste gevoeligheden rondom het gemis van hun moeder een beetje wegzakten kwam er ruimte om met elkaar te praten en te delen wat er dwars zat.
In dit geval was tijd dus de helende factor.